Foto © RIZA/Lelystad
Zoals al door de naam aangegeven, wordt Closterium setaceum gekenmerkt door lang uitgetrokken, enigszins borstelvormige celuiteinden (saeta (Lat.) = borstel). In dit kenmerk komt Cl. setaceum overeen met verwante soorten als Cl. kuetzingii en Cl. rostratum. Vergeleken bij laatstgenoemde soorten heeft Cl. setaceum echter slankere cellen: de kleurloze, dunne celuiteinden zijn langer dan het chloroplasthoudende, ‘opgeblazen’ middenstuk van de cel. De zygosporen van Cl. setaceum zijn zeer karakteristiek, namelijk enigszins kruisvormig, met sterk concave zijden en afgeknotte hoeken. In ons land is Cl. setaceum een zeldzame soort van zure, voedselarme hoogveenpoeltjes en vennen. Zygosporen zijn slechts incidenteel waargenomen.
<<<
Cel van Closterium setaceum, gekenmerkt door kleurloze, zeer lang en dun uitgetrokken, snavelvormige uiteinden en een groen, spoelvormig tussenstuk.
Celafmetingen (L x B): 370 x 10 µm
Foto © Henk Schulp
Zygospore van Closterium setaceum (verwikkeld in detritus). De lege gametangiumcellen zijn nog stevig verankerd aan de afgeknotte hoeken van de kruisvormige spore.